Ga naar de inhoud

De brug bij Humosa.

Brug uit 1891

Op vrijdag 9 juni werd de totaal gerenoveerde brug bij “Humosa” geplaatst. Het bordje met jaartal en opschrift ontbrak echter nog. De brug is in 1891 gebouwd bij de fa. Meijer te Musselkanaal. Aldus blijkt dat de historie van deze ijzeren draaibrug is begonnen in het jaar 1891, maar hij lag toen nog niet bij “Humosa”, zoals we kunnen lezen in het boek van Texeira de Mattos ”De Dedemsvaart”.

De brug bij Humosa in 1903

In het jaar 1903 wordt door L.F. Texeira de Mattos in zijn boek ”De Dedemsvaart” bij ”Humosa” een heel andere brug beschreven dan die wij tot het jaar 1999 hebben gekend. Er lag daar toen n.l. een particuliere houten draaibrug. Texeira schrijft in zijn boek op blz. 479 over deze draaibrug, die op 27,15 km vanaf het begin van het kanaal (bij Hasselt) de Dedemsvaart ligt. De brug lag 250 m. na de brug bij het Zwarte Pad: …. Het is eene particuliere draaibrug, tot de aanleg werd bij besluit van de Gedeputeerde Staten in 1868 vergunning verleend aan A. Berends te Avereest. In de wandeling staat de brug bekend als de brug van A. Berends (Humosa). De brug is van hout. Hare doorvaartwijdte, in de concessie bepaald op minstens 5,50 m, bedraagt 5,65 m. Zij moet, volgens de concessie, te allen tijde openstaan en “alleen overgedraaid zijn, tijdens dat er voor overgang van voetgangers, wagens en vee, gebruik van zal worden gemaakt”.

Een dergelijke regeling gold overigens wel voor meer particuliere bruggen en vonders over de Dedemsvaart. De genoemde brug van A. Berends kwam later in handen van de familie Van Linge die aan de zuidzijde van de vaart woonde in de Groninger boerderij “Diffeler-end”. Zij kregen met deze brug een verbinding met de straatweg aan de noordzijde van de vaart, thans Moerheimstraat.

Hoe kwam Van Linge aan de brug? De vader van Jan Roelf van Linge, Arent van Linge(1), was een schoonzoon van de aan het eind van de negentiende eeuw uit Groningen afkomstige Albert Brans, die woonde op huize “Villa Teunissien – Dina”, kortweg  ”Villa Dina” genoemd. Thans is dat het gemeentehuis van Avereest. Brans had ”Villa Dina” gekocht van Bonne Berends Azn. en Maria Hoefhamer. Genoemde familie Berends heeft ”Villa Dina” laten bouwen en heeft zeer waarschijnlijk de brug van hun vader, A. Berends, overgenomen. Deze familie is later na de verkoop van het huis aan Brans naar elders verhuisd. Overigens behoorden een aantal leden van de familie Berends nog tot in de 20e eeuw tot de bewoners van het nabij gelegen landhuis ”Humosa”. Het is niet onwaarschijnlijk dat gelijktijdig met de verkoop van huize ”Villa Dina” ook de brug door Berends aan Brans is overgedaan. Het huis heette toen natuurlijk nog, niet ”Villa Dina”. Die naam is pas later door de familie A. Brans aan het huis gegeven. Via Brans is de brug tenslotte in handen gekomen van Van Linge.

De brug bij “Humosa”.

Nieuwe aandacht voor de brug bij ”Humosa”

Nadat het kanaal de Dedemsvaart aan de scheepvaart was onttrokken en over de wijkmonden aan de zuidzijde van de vaart dammen waren aangelegd, verdween het belang in de brug voor Van Linge en de medegebruikers/aanwonenden aan de zuidzijde van de Moerheimstraat. De brug, waarvan de situatie zodanig was geworden dat er alleen nog maar fietsers en voetgangers konden passeren, is uiteindelijk in 1986 overgedaan aan de Gemeente Avereest. De gemeente heeft op zeker moment de brug zelfs voor alle verkeer, dus ook voor fietsers en voetgangers, moeten afsluiten wegens ernstig gevaar voor de gebruikers van de brug.

De Historische Vereniging heeft in het verleden aandacht besteed aan het behoud van deze brug. In maart 1997 werd in het kwartaalblad van de HVA gewezen op het verzet tegen verdwijning van de brug door het G.I.A.G., Genootschap Industrieel Archeologisch Geïnteresseerden, en de N.B.S., Nederlandse Bruggen Stichting (o.a. een schriftelijke reactie van prof. ir. J. Oosterhoff). Gewezen werd op de unieke staat van deze oudste ijzeren brug in de Gemeente Avereest, gebouwd door de fa. G.B. Meijer uit Musselkanaal. Er werden sponsoren gevonden voor de restauratie van de brug.

IJzeren draaibruggen

De ijzeren draaibruggen uit 1891, die in het jaar 1903 bestaan, zijn door de schrijver Texeira de Mattos in zijn boek uit 1903 genoemd. Er blijken in 1903 twee ijzeren draaibruggen te bestaan die voldoen aan de beschrijving: bouwjaar 1891 en gebouwd bij de fa. G.B. Meijer te Musselkanaal. Beide bruggen waren het eigendom van de Provincie Overijssel. De ene brug uit 1891 lag 1,5 km oostelijk van Hasselt en werd de Boekweitenbrug genoemd; de andere brug uit 1891 lag in Balkbrug. Niet alleen het bouwjaar was gelijk, ook de bouw van beide bruggen was nagenoeg gelijk. De brug in Balkbrug bleek 30 cm langer dan de Boekweitenbrug (aan de korte zijde vanaf het draaipunt, zie noot 6). De breedte van beide bruggen was 3 m. De zgn. Boekweitenbrug had alleen maar een lokale functie; de brug in Balkbrug had een interprovinciale functie.

De draaibruggen van Balkbrug

Vermeld kan nog worden dat de oude ijzeren draaibrug van Balkbrug uit 1891 (gebouwd door Meijer te Musselkanaal in het jaar 1913) op verzoek van de scheepsjagers langs de Dedemsvaart moest worden omgedraaid. Dat wil zeggen dat de bedieningszijde van de brug van de noordkant van het kanaal naar de zuidkant diende te worden verplaatst, zodat de scheepsjagers aan de noordzijde (daar was het jaagpad) de treklijnen bij de afgedraaide brug niet steeds hoefden los te maken (2).

Dat de draaibrug in 1913 niet alleen is omgedraaid maar ook is vervangen, kunnen we in de Dedemsvaartse Courant van maart en april 1913 lezen: ”…. Bij goed weer zullen nog deze week de werkzaamheden aan de nieuw te bouwen balkbrug beginnen. De heimachine en de vlotbrug zijn reeds gearriveerd”. In april: ”…… Het hei- en metselwerk aan de nieuw te bouwen balkbrug is afgelopen, en het geraamte der ijzeren brug staat reeds op zijn spil. Met dien bekwamen spoed voortgaande, wordt voorspeld, dat met Pinksteren de brug voor het verkeer kan geopend zijn”. Op woensdag 11 juni schrijft de krant: ”Door bevoegde autoriteiten is vrijdag jl. de nieuwe brug alhier door de provincie overgenomen en direct daarna voor het publiek verkeer geopend.  De doorvaart-wijdte van deze brug is 50 cm grooter dan de vorige, terwijl het afdraaien der brug nu aan de zuidzijde geschiedt, ook zeer ten gerieve van de scheepvaart.” De beide opeenvolgende draaibruggen in Balkbrug, die van vóór en na 1913, blijken niet gelijk van bouw, zoals ook te zien is op oude bestaande foto’s (3). Verder blijkt, dat in het jaar 1928 de ijzeren draaibrug uit 1913 vervangen werd door een grote nieuwe ophaalbrug welke in 1930 gereed was.

De draaibrug in Balkbrug omstreeks 1890.

Balkbrug heeft een nieuwe ophaalbrug

Zowel het verkeer van de weg Ommen – Hoogeveen als van de weg Lichtmis Dedemsvaart moest gebruik maken van de brug in Balkbrug. Voor het toenemende verkeer was de 3 m. smalle brug van Balkbrug een obstakel aan het worden. We kunnen op zaterdag 10 dec. 1927 in de Dedemsvaartse Courant lezen: ”Naar we vernemen zal de brug over de Dedemsvaart (de bekende balkbrug) worden afgebroken, en een nieuwe worden gebouwd, welke veel groter worden zal. De breedte van de nieuwe brug, welke een ophaalbrug zal worden, naar het type van een electrische brug, zal ongeveer 6 m bedragen. In verband met het steeds toenemende verkeer, is men tot dezen stap moeten overgaan. ‘t Zal een grote verbetering wezen”. Op 24 dec. 1927 kunnen we in dezelfde krant lezen dat er in de Provinciale begroting geen geld beschikbaar is voor de geplande 6 m brede ophaalbrug.

In de begroting van Provinciale Waterstaat van Overijssel voor 1928 blijkt echter toch geld gereserveerd voor de nieuwe ophaalbrug in Balkbrug (4), gelijk met de vernieuwing van brug 6, de zgn. trambrug in de gemeente Nieuwleusen en vervanging van draaibrug 4 over de Lutterhoofdwijk, in de gemeente Coevorden. Dat is daar, waar de weg van de zuidzijde naar de noordzijde van de Lutterhoofdwijk loopt. Deze drie bruggen worden dan alle drie vervangen door voor die tijd moderne electrisch bedienbare ophaalbruggen. Voor Balkbrug zijn het fundament en de onderbouw van de brug begroot op f 11.655,67; de ijzeren bovenbouw (inclusief de electrische bediening) is begroot op f 13.230,76. Totaal kostte de nieuwe ophaalbrug in Balkbrug in 1928 dus f 24.886,43. Dat de nieuwe ophaalbrug te Balkbrug in het begin kinderziektes had bleek uit de krant van zaterdag 2 aug. 1930:
”Dinsdag was het met de electrische ophaalbrug alhier misère. Des morgens wilde de brug niet neer en bleef halsstarrig in de hoogte, vermoedelijk protesterend tegen de electrische behandeling die zij genoot. Het verkeer ondervond hiervan zeer veel last en men zag een paar auto’s langs den zandweg rijden, daar de bestuurders het wachten moede waren. Toen de brug eenmaal op handkracht was gebracht, kon men haar laten zakken en kon het verkeer zijn gang gaan. De constructie voor de electrische bediening schijnt niet geheel z’n orde te zijn. Reeds vaker weigerde de brug” (5).

Wat gebeurde er met de vijftien jaar oude draalbrug in 1928? Voor het slopen werd f 800,- gerekend.

Bestemming oude draaibrug van Balkbrug 1891, na 1913

De houten draaibrug bij ”Humosa”, die intussen in beheer bij de familie Brans/Van Linge was gekomen, was aan vervanging toe. De oude uit 1891 daterende ijzeren draaibrug van Balkbrug kwam in 1913 vrij. Een verplaatsing naar de locatie bij ”Humosa” blijkt zeer goed mogelijk. Documenten geven tot op heden nog niet voldoende bewijzen. Er zijn wel aanwijzingen, want in ieder geval corresponderen de afmetingen met elkaar. Bij het nameten van de lengte van het korte gedeelte van de ijzeren brug bij ”Humosa” blijkt dat deze de zelfde als die welke door Texeira de Mattos in 1903 is beschreven bij de Balkbrugse ijzeren draaibrug uit 1891(6). Intussen bleek dat Jan Roelf van Linge een nieuw betonnen draaipunt voor de aangeschafte ijzeren draaibrug heeft moeten plaatsen. Dat betonnen fundament is nog steeds aanwezig. Overigens werd de brug niet alleen door Van Linge onderhouden, maar ook door een paar andere landbouwers nl. Doijer en Wolthuis (later Hettinga), terwijl ook Biewenga in een bepaalde periode heeft bijgedragen aan de onderhoudskosten. De laatste jaren, tot 1986, berustte het onderhoud van de brug geheel bij de familie Van Linge. De brug bij ”Humosa” lag ten behoeve van de eigenaar en gebruikers inmiddels niet meer “af “, maar “over”. Van de brug werd nogal veel gebruik gemaakt door de aanwonenden. Het sluiten van het kanaal de Dedemsvaart en het verbeteren van de zuidzijde van de Moerheimstraat maakte de brug, en dus ook het onderhoud van de brug minder noodzakelijk. In 1986 is de brug door Van Linge voor een symbolisch bedrag aan de Gemeente Avereest verkocht. In 1999 is deze brug voor restauratie overgebracht naar een bedrijf in Noordwijkerhout.

Balkbrug omstreeks 1900. Links de dienstwoning van de Hoofdopzichter der Dedemsvaart, Breukel, daarnaast de woning van de balkmeester.

Historie ijzeren brug “Humosa”. De mogelijkheden

Ter overweging zijn er historisch gezien een paar mogelijkheden.

1 ste. De brug is afkomstig uit Balkbrug zoals hierboven is beschreven. Van Linge’s brug was aan vervanging toe. In Balkbrug was in 1913 een brug uit 1891 over. De nagemeten lengte, het korte gedeelte van de brug is 5.30 m.(6), pleit sterk voor deze mogelijkheid. Die lengte is na de herplaatsing van de vernieuwde brug in 2000 natuurlijk niet veranderd. (7)

2e.  Van Linge heeft de brug elders aangekocht. Hierover ontbreken tot nu gegevens.

Tenslotte

De oudste nog bestaande draaibrug in de Gemeente Avereest lag tot 1999 in Dedemsvaart bij huize ”Humosa”. Het is zeer waarschijnlijk dat deze brug voorheen in Balkbrug heeft gelegen. Het GIAG, de NBS, de HVA en de sponsoren hebben zich samen met het Gemeentebestuur van Avereest terecht ingezet voor het behoud van de brug bij’ ”Humosa”.

Deze brug verbindt niet alleen twee overzijden, maar historisch gezien ook Dedemsvaart met Balkbrug.

HenkJan Krikke

Bronnen

– Dank aan de heer C. van Linge.

– Dedemsvaartse Courant, diverse jaargangen.

– A. Piel; Feiten uit het verleden van Avereest. Dedemsvaart z.j.

– Provinciale Waterstaat Overijssel, 1928.

– L.F.Texeira de Mattos, De Dedemsvaart. Zwolle 1903

– G. H. Varwijk; Stap voor stap langs de Dedemsvaart. Dedemsvaart 1983.

– G.H. Varwijk;  De Dedemsvaart in de 20e eeuw. Dedemsvaart 1998.

– W. Visscher; Rond de Runde 1997. W Wind; Bezwaar tegen sloop brug. HVA 1997 nr. 1. Wijkend Verleden. Dedenmvaart. 1999.

Noten

1.W. Visscher, Rond de Runde, blz. 99 en 359, de familie A. Brans kwam uit Stadskanaal, A. van Linge kwam uit Veendam. Zie ook: Wijkend Verleden,  blz. 98.
2. A. Piel; Fciten uit verleden van Avereest, blz. 311.

3. G.H. Varwijk; De Dedemsvaart in de 20e eeuw, blz. 92 foto 323; blz. 94 foto 328; blz. 162 foto 601. G.H. Varwijk; Stap voor stap, blz. 40 en 41.

4. In 1928 is er in Balkbrug een motorboot tegen de draaibrug aangevaren. Misschien heeft de beschadiging mee beïnvloed dat in 1928 de vervanging van de draaibrug door een ophaalbrug op de provinciale begroting is geplaatst. Ook in Dedemsvaart zijn in die zelfde periode diverse bruggen vernieuwd, o.a. de brug over de Truiswijk (1929), de Ongelukkige wijk (1929), de Schotkampwijk/Sponturfwijk (1930) en de Kalkovenwijk (1930).

5. Deze nieuwe ophaalbrug in Balkbrug is later, zowel aan het begin als aan het einde van de oorlog (1940 en 1945) flink beschadigd. (springstof).

6. Texelra de Mattos; De Dedemsvaart, blz. 470.

7. Andere bronnen: A. Piel noemt in zijn beschouwing over de Balkbrugsebrug wel het omdraaien, maar niet het vervangen van de brug in het jaar 1913, terwijl dit juist uitvoerig in de Dedemsvaartse Courant werd vernield. Het archief van Prov. Waterstaat heeft een hiaat in de gegevens van 1913.

error: Inhoud is beveiligd! ©HVAvereest